Tijdens de behandeling van de WMO-beleidsnotitie in de raadsvergadering van 23 november legde GroenLinks de mooie woorden uit het stuk naast de schrale werkelijkheid van alledag. Het college zegt groot belang te hechten aan leefbaarheid en dus aan het in stand houden van voorzieningen. Maar ondertussen blijft er door de gigantische bezuinigingen weinig over van de huidige voorzieningen.
Je kunt het niet oneens zijn met het WMO-beleidsplan. Het staat vol mooie woorden.
Over Leefbaarheid bijvoorbeeld
Ik citeer:
We bevorderen de sociale samenhang en de leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten. Zo zorgen wij voor aantrekkelijke plekken waar mensen elkaar kunnen ontmoeten.
Dan denk ik meteen de Bibliotheek. Daar komen iedere week 700 tot 1000 mensen. Ze lezen er de krant, praten met elkaar, drinken een kop koffie. Er is internet voor wie thuis geen internet heeft. Kinderen gaan er heen ter overbrugging van school en brede-schoolactiviteit. Ik ken een jongen die vanwege een vervelende thuissituatie vanuit de bus rechtstreeks naar de bieb gaat om daar zijn huiswerk te maken.
Maar wat gaat er met de bieb gebeuren. Wij weten het niet, de wethouder weet het niet eens, geloof ik. Over anderhalve maand kunnen alle krantenlezers al thuisblijven. Want de krant is er niet meer. En met de openingstijden worden flink teruggeschroefd en daarmee is deze aantrekkelijke plek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten bijna geheel verdwenen.
Dan Groen. Ik citeer weer:
Naast het voorzieningenniveau hebben veel inwoners aangegeven dat de natuur/het groen en de veiligheid in de gemeente belangrijke voorwaarden zijn om prettig te kunnen leven.
(…)
Wat gaan wij doen? Wij houden bij de actualisatie van de bestemmingsplannen rekening met het voorzieningenniveau, het groen en de leefbaarheid in de kernen
Op dat Groen wil ik bij het volgende agendapunt terugkomen. In zijn algemeenheid kunnen we wel concluderen dat dit college noch met het voorzieningenniveau rekening houdt noch met het groen.
Winkels Ik citeer:
Wij faciliteren initiatieven van ondernemers om te voorkomen dat winkels uit kernen verdwijnen.
Dan kunnen wij enige scepsis niet onderdrukken als we bedenken hoeveel moeite het kostte om in Ilpendam de laatste winkel te behouden.
Opgroeien en opvoeden Ik citeer:
Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) speelt hierin een belangrijke rol. Het CJG is een laagdrempelige voorziening.
Hoe weten we dat? Ik ben nog nooit iemand tegengekomen die gebruik heeft gemaakt van het CJG (behoudens de ouders die nog op het consultatiebureau komen) en ik heb het heel wat mensen gevraagd. En dat is ook niet zo gek, want dat is een landelijke tendens. Sommige CJG’s worden al weer gesloten. Door gebrek aan belangstelling. Doordat ze te veel met Jeugdzorg en dus met uithuisplaatsing worden geassocieerd.
En dit is een belangwekkend punt, want de CJG’s moeten een belangrijke rol gaan spelen bij de Transitie Jeugdzorg. Kan dat wel?
Over de Transitie Jeugdzorg wil ik nog wat kwijt. Ik werd erg getriggerd door de opmerking van de portefeuillehouder hierover bij de laatste vergadering. Hij suggereerde toen dat geen van ons raadsleden interesse had in dit onderwerp. En dat wij eens een congres over dit onderwerp moesten bijwonen. Nou was ik onlangs op zo’n congres. En wat me daar opviel wat dat daar verschillende wethouders aanwezig waren die hun raad iedere paar maanden bijpraten over hoe het ervoor staat. Bij ons niet.
In oktober vorig jaar kregen wij een notitie, verstopt onder het kopje Sport bij de ingekomen stukken. Eerlijk is eerlijk: ik heb dat stuk gemist. Maar waarom agendeert de portefeuillehouder dat zelf niet? Zo’n belangrijk onderwerp. Geldt trouwens ook voor de andere drie decentralisaties (AWBZ, Jeugdzorg en Wet Werken naar Vermogen). Ik zeg niet dat er niets gebeurt in de gemeente Waterland, maar ik zou daar graag op een actievere manier van op de hoogte gehouden worden.
Terugkomend op het CJG. Ik zie in dit stuk nergens harde cijfers wie het CJG bereikt. Zijn dat meer mensen dan het oude consultatiebureau? Hetzelfde geldt voor de opvoedingscursussen, die soms zelfs afgelast moeten worden bij gebrek aan belangstelling.
En dan denk ik: wat is in een gemeente een laagdrempelige voorziening: de Peuterspeelzaal. Maar ik ben bang dat de ouders die een CJG zo graag wil bereiken straks ook niet meer op de peuterspeelzaal ziet. Althans niet in Monnickendam. Want wat gebeurt daar door de teruglopende subsidie? Nu al hebben ouders met lage inkomens moeite om de peuterspeelzaal te betalen.
Een complimenten wil ik nog wel geven voor het werk van de jongerenwerker en de brede-schoolactiviteiten. Wij horen daar positieve geluiden over.
Vrijwilligers dan, Ik citeer:
Wij gaan het vrijwilligerswerk verstevigen. Als je op eigen kracht en verantwoordelijkheid stuurt, moeten er immers wel mensen zijn die daarbij kunnen ondersteunen, zoals vrijwilligers.
Dan denk ik: hoezo verstevigen? Vraag dat eens aan de vrijwilligers van de bibliotheek. We krijgen niet de indruk dat de portefeuillehouder de relatie met deze vrijwilligers de afgelopen maanden heeft verstevigd. En hij moet volgend jaar een nieuwe bibliotheek gaan opzetten. Met vrijwilligers. En hoe komen we aan vrijwilligers op al die plekken waar ook het nieuwe regeerakkoord inzet op Eigen Kracht en zelfredzaamheid. In de planning staat dit punt namelijk pas voor 2015 genoemd.
Meer dan een jaar geleden constateerden wij ook al dat het teleurstellend is dat het vrijwilligersbeleid nog niet verder van de grond is gekomen. En het is nu harder nodig dan ooit.
Participatie
Dit college en deze nota ook weer legt veel nadruk op participatie. Dat vindt ook GroenLinks een goed streven. Maar áls mensen dan hun zorgen uitspreken over de leefbaarheid, zoals naar aanleiding van deze WMO-notitie is gebeurd. En als ze dan zorg hebben over de voorzieningen in hun gemeente. Dan wordt daar niets meer gedaan. Wat heb je dan aan participatie. Mooie woorden, meer niet
Dat vinden wij ook het bezwaar van dit hele stuk. Mooie woorden. Maar ons is niet duidelijk wat we nu echt kunnen verwachten, behalve begeleiding en ondersteuning.
Waar staat deze portefeuillehouder voor? Wij missen net als mevrouw Breuer van D66 en van de heer Klingen van de VVD de cijfermatige onderbouwing en ook wij vinden het weinig smart.
Wat laat hij in 2014, aan het eind van zijn zittingsperiode, nu na aan concrete prestaties? Het is ons niet duidelijk. Daarom vragen wij de portefeuillehouder om een rapportage van concrete resultaten in december/januari 2013/2014.
Raadslid GroenLinks Waterland